Schep de hazelnoten op een ovenplaatje en rooster de nootjes 20 minuten in een voorverwarmde oven van 160°C. Laat ze nadien even afkoelen.

Weeg de bloem, de suiker en de boter af en doe alles in een grote kom met een snuifje zout en een dopje vanille-extract.

Mix de noten fijn in de blender, voeg ze toe aan de rest van de ingrediënten en meng alles met je handen tot een kruimelig deeg.

Verdeel het deeg in vier gelijke delen en rol worsten van het deeg van 2 cm diameter. Rol ze in vershoudfolie en leg ze 15 minuten in de diepvries.

Breek de chocolade in stukken in een kommetje en snijd de boter er in blokjes bij. Schep de pralinépasta erbij.

Breng de room aan de kook en giet hem over de chocolade. Roer de chocolade glad zodat alle chocolade gesmolten is.

Haal de deegworsten uit de vriezer en snijd de worsten in stukjes van ongeveer 1 cm.

Leg de stukjes op een ovenplaatje met bakpapier of een siliconenmatje en schuif de ovenplaat in een voorverwarmde oven van 180°C gedurende 14 à 20 minuten, tot de koekjes goudbruin zijn.

Dompel een koekje met de kant waarop het gebakken is in de ganache en kleef er een tweede koekje op. Laat de koekjes opstijven in de koelkast.