Spoel de vastkokende aardappelen schoon en kook ze ongeschild gaar in licht gezouten water. Giet de aardappelen nadien af en hou ze warm.

Vul een spoelbak met water en spoel er de jonge spinazie en de rucola in schoon. Pluk ook de blaadjes platte peterselie los en dompel ze in het water.

Laat al het groen goed uitlekken en verzamel het in een ruime serveerschaal.

Pluk en spoel nog wat verse kruiden. Gebruik blaadjes munt en koriander.

Meng de fragiele sla met (schone) handen.

Neem een schaal en plaats er een zeef in. Schil en versnijd de citrusvruchten boven de zeef. Zo gaat er geen sap verloren.

Schil de sinaasappelen met een vijmscherp mes. Gebruik de ‘a vif’ techniek om er partjes uit te snijden zonder vliesjes. Meer uitleg lees en bekijk je hier. (weblink) Knijp wat rest van de sinaasappels uit en vang het sap op.

Schil de mango en snij het vruchtvlees weg, langsheen de dikke pit van de vrucht. Snij het vruchtvlees eerst in plakjes, dan in reepjes en tenslotte in kleine blokjes.

Verdeel de partjes sinaasappel en de stukjes rijpe mango over de gemengde sla.

Verzamel het sinaasappelsap in een mengschaal. Schep de mosterd en de sinaasappelconfituur (‘marmelade’) erbij.

Verwijder de zaadjes uit het stuk rode chilipeper en hak (een deel van) het hete vruchtje in zo klein mogelijke stukjes. Piepkleine rode ‘puntjes’ zijn ideaal.

Leg plakjes opgelegde gember op je snijplank en hak ze fijn.

Doe de chilipeper en de gehakte gember in de schaal. Meng er een voorzichtig scheutje sesamolie bij. Blijf roeren met de garde en leng de vinaigrette aan met olijfolie.

Proef en kruid het sausje met een snuifje zout.

Snij de lauwe aardappelen-in-de-schil in plakjes en verdeel ze over de salade.

Lepel vinaigrette over de salade.

Verkruimel de sesamkoekjes en strooi ze over de fruitige lentesalade met aardappelen.