Pel de uien, snij ze eerst middendoor en vervolgens in fijne halve ringen.

Pel en hak de look en plet de teen tot pulp.

Verzamel takjes tijm en laurierblaadjes en bind de kruiden tot een tuiltje. Gebruik hiervoor wat keukentouw. Hou de ui, de lookpulp en het kruidentuiltje opzij.

Verwarm de oven voor op 160°C.

Zet een zeer ruime stoofpot op een matig vuur. Smelt er een flinke klont boter in.

Leg de eendenbouten op de velkant in de bruisende boter. Kruid ze met een beetje zout en peper van de molen. Laat het vlees zo’n 4 tot 5 minuten kleuren en draai de bouten om. Haal ze een paar minuten later uit de pan en zet het vlees opzij.

Doe de uiringen en de lookpulp in de pot met het braadvet van de eenden. Roer en stoof de uien glazig in enkele minuten.

Bepoeder de gestoofde uien met een beetje bloem en roer. Laat de bloem kort meebakken en doe het kruidentuiltje in de pot.

Verhuis ook de eendenbouten met braadsap opnieuw naar de pot.

Schenk de rode wijn en de rode porto in de pot. Terwijl de alcohol verdampt voeg je het sap van de sinaasappel toe.

Gooi er een steranijs in en knijp er een flinke scheut honing bij.

Plaats het deksel op de stoofpot en schuif de bereiding in de hete oven van 160°C. Reken op een warm verblijf daar gedurende zo’n 70 tot 80 minuten.

Spoel de rode bieten schoon. Je hoeft ze niet te schillen. Snij elke biet in ongeveer 8 gelijke partjes.

Pel de sjalotten en snij ze in 4 gelijke partjes.

Leg de partjes rode biet en de stukken sjalot in een ovenschaal.

Besprenkel de groentjes met een beetje olijfolie, een scheutje balsamico. Verdeel enkele blaadjes laurier en kleine takjes tijm over de schotel. Kruid de bereiding met wat peper van de molen en een beetje (grof) zout.

Zet de groenten in de oven (bij de eendenbouten) en laat ze 60 minuten roosteren.

Bereid intussen bv. aardappelpuree om bij dit gerecht te serveren.