Een friszure citroenmousse, afgewerkt met frambozencoulis en de lekkerste koekjes ter wereld: botergaletten.
Ingrediënten
- 3 blaadjes gelatine
- 2 citroen
- 50 g boter
- 50 g bloemsuiker
- 1 ei
- 1 eierdooier
- 250 g plattekaas
- 2 dl room
- 300 g diepvriesframbozen
- 4 eetlepel suikersiroop
- 6 eetlepel kristalsuiker
- 4 botergalet
Benodigdheden
Download de app
Jouw digitale kookhulp met dagelijkse recepten, tips, kookvideo’s, een weekmenu en boodschappenlijst.
Partners
Bereiding
De citroenmousse
Laat de gelatine weken in koud water.
Boen de citroenen. Schil 1 citroen met een dunschiller. Houd de schil opzij. Pers de citroenen.
Smelt de boter. Doe er het citroensap bij.
Roer de bloemsuiker door het mengsel.
Klop het ei en de eierdooier door het warme mengsel en laat binden op het vuur.
Knijp de gelatineblaadjes uit en doe ze bij het mengsel.
Laat het citroenmengsel wat afkoelen.
Roer de plattekaas los in een aparte kom.
Klop de room half op.
Meng het citroenmengsel door de plattekaas.
Spatel er voorzichtig de halfopgeklopte room door.
Laat de mousse opstijven in de koelkast.
De coulis
Verwarm de diepvriesframbozen met de suikersiroop op het vuur. Laat verder garen op een zacht vuur tot je coulis hebt.
Laat de coulis afkoelen.
Afwerken en serveren
Snijd de apart gehouden citroenschillen in fijne repen.
Verwarm een scheutje water met 2 eetlepels suiker. Laat er de schillen 5 minuten in garen.
Giet af en breng nieuw water met 2 eetlepels suiker aan de kook. Laat er de schillen nog eens 5 minuten in garen. Herhaal een derde keer.
Doe warm water in een maatbeker.
Schep wat coulis in een diep bord. Dompel een lepel in het warme water en schep wat citroenmousse. Leg de quenelle op de couilis. Verkruimel er een botergalet over.
Werk af met de gekonfijte citroenzeste.