Verwarm de oven voor tot 175 °C.

Doe de eieren met de suiker in de kom van de keukenmachine en klop ze tot ruban.

Weeg de bloem af en voeg er het bakpoeder en het zout aan toe.

Verwissel de klopper met het K-vormig hulpstuk en voeg de zachte boter toe.

Laat de machine even draaien en schep de bloemmix lepel per lepel erbij.

Rasp de zeste van een sinaasappel bij het cakebeslag.

Vet de cakevorm in en bestuif hem met bloem. Schep het cakebeslag in de vorm en schuif de cake 45 minuten in de oven.

Snijd de schil van de sinaasappels met een dunschiller en snijd de schil in fijne reepjes.

Blancheer de reepjes één keer in kokend water, giet ze door een zeefje en houd ze even apart.

Snijd de geschilde sinaasappels in kwartjes en snijd het overige, witte deel van de schil weg. Snijd het vruchtvlees in grote stukken, verwijder de pitjes en doe ze samen met het water in een pot. Breng het geheel aan de kook.

Voeg de steranijs en de zaadjes van de vanillepeul aan toe. Schil de gember en rasp hem erbij. Laat de marmelade 10 minuten doorkoken onder een deksel.

Haal de steranijs en de vanillepeul uit de marmelade, voeg de geblancheerde reepjes sinaasappelschil en de suiker toe en laat nog eens 5 minuten doorkoken. Draai het vuur daarna uit en laat de marmelade afkoelen tot kamertemperatuur.

Haal de cake uit de oven en laat ze even afkoelen op een taartrooster.

Zet de lauwe cake op een groot bord of een ovenplaat en prik gaatjes in de cake met een tandenstoker of satéprikker.

Lepel ongeveer de helft van de marmelade over de cake en laat ze verder afkoelen in de koelkast zodat de marmelade helemaal kan opstijven.