
Havermoutpannenkoeken zijn rustieke pannenkoeken met een beetje textuur. Ze zijn dikker en ook wat brozer dan de klassieke exemplaren, maar tegelijk zijn de pannenkoeken heerlijk luchtig dankzij het opgeklopte eiwit. Je kan er uiteraard allerhande lekker beleg bij serveren. Jeroen houdt het op een eenvoudig druivenslatje met wat warme fruitstroop.
Ingrediƫnten
- 70 g bloem
- 30 g havermout
- 25 g suiker
- 1 eetlepel vanillesuiker
- 3 dl melk
- 2 ei
- 30 g boter
- 150 g druif
- 2 Luikse stroop
Benodigdheden
- een keukenweegschaal
- een maatbeker
- een brede spatel
Bereiding
Het pannenkoekenbeslag
Weeg de juiste hoeveelheden havermout en strooi ze in een droge pan. Rooster de havermout op een matig vuur. Schud de vlokken regelmatig op zodat ze gelijkmatig een beetje kleuren en niet verbranden. Neem de pan nadien weg van het vuur.
Verwarm de melk op een zacht vuur en smelt er de klont boter in. Voeg er tussendoor de suiker en de vanillesuiker aan toe.
Scheid de eieren. Verzamel de dooiers in een ruime mengkom en hou het eiwit apart.
Weeg de juiste hoeveelheid bloem en doe ze in de kom met dooiers.
Giet de warme melk met gesmolten boter bij de bloem met eigeel en roer grondig met de garde. Blijf klutsen tot je een egaal beslag krijgt. Roer er tenslotte ook de geroosterde havermoutvlokken onder.
Laat het beslag afkoelen. Klop intussen het eiwit tot een stevig wit schuim. Gebruik de garde of doe het machinaal.
Spatel het eiwitschuim pas onder het beslag wanneer dat laatste voldoende afgekoeld is. Anders zal het schuimig eiwit zijn werk niet doen.