Instructies
4 personen
Voor de gepekelde bloemkool
0,2 l wittewijnazijn, 0,2 l Water, 1 snuifje zout, 4 el suiker, 1 Steranijs, 1 laurierblaadje
1
Breng de wittewijnazijn, het water, het zout, de suiker, de steranijs en de laurier aan de kook.
0,25 bloemkolen
2
Snijd de bloemkool in roosjes. Giet de marinade erover en laat afkoelen.
Voor de mosselen
2 selderstengels, 1 ui, 2 teentjes Look, tijm (enkele takjes), laurierblaadjes (enkele)
3
Snijd de selder, de ui en de look grof. Stoof de groenten in olijfolie en voeg er de tijm en de laurier aan toe.
1.000 g mosselen, 0,1 l witte wijn
4
Doe de mosselen erbij, blus met witte wijn en zet een deksel op de pot.
5
Giet de gare mosselen door een zeef en vang het vocht op.
0,2 l Room
6
Voeg de room toe aan het mosselvocht en laat voor de helft inkoken.
7
Haal de mosselen uit de schelpen.
Voor de peterseliecoulis en de spinazie
1 bosje peterselie, 1 teentje Look
8
Kook de peterselie gaar in water met geraspte look.
zout, peper
9
Spoel onder koud water en mix zonder de stelen fijn met de mixer. Breng op smaak met peper en zout.
250 g spinazie
10
Maak de spinazie schoon en stoof aan in boter.
1 teentje Look, peper, zout
11
Prik de look op een vork en roer ermee door de spinazie. Kruid met peper en zout.
Voor de croutons
2 sneetjes Zuurdesembrood
12
Snijd het brood in blokjes en bak ze in wat boter.
Afwerken
13
Schep een beetje gestoofde spinazie in een diep bord. Warm de mosselen op in wat mosselvocht en verdeel ze over de spinazie.
1 boter
14
Voeg de peterselie en een klont boter toe aan de rest van de mosselsaus en mix.
15