Instructies

4 personen

Het frangipanebeslag

100 g boter
1

Laat de boter op kamertemperatuur komen. Snijd ze in blokjes.

60 g kristalsuiker, 60 g bloemsuiker, 70 g amandelpoeder, 90 g tarwebloem, 1 ei, 60 ml melk, 1 dopje amandelextract, zout
2

Meng in de keukenmachine de boter met de twee soorten suiker, het amandelpoeder, de bloem, het ei, de melk en het amandelextract. Doe er een snuif zout bij.

3

Doe het beslag in een spuitzak.

De appels

2 appels
4

Schil de appels. Haal het klokhuis eruit met een appelboor. Snijd de appels in dikke plakken van 1 à 2 cm.

150 g kristalsuiker, 60 g boter
5

Doe de suiker met een scheutje water in een hoge pan. Laat op een zacht vuur karamelliseren. Doe er de boter bij zodra de karamel begint te kleuren.

6

Leg de appelplakken naast elkaar in de karamel. Laat ze wat garen op een zacht vuur. Leg eventueel nog wat blokjes boter tussen de appelplakken als de karamel te donker wordt.

Afwerken en serveren

7

Verwarm de oven voor tot 180 °C.

8

Spuit het frangipanebeslag in spiraalvorm over de appelen. Begin in het midden en werk naar de buitenkant toe.

1 vel bladerdeeg
9

Leg het bladerdeeg over het beslag. Duw de zijkanten naar beneden.

10

Maak met een mes een kruisje in het midden.

11

Bak de taart 40 minuten in de voorverwarmde oven.

4 bolletje vanille-ijs
12

Laat de taart wat afkoelen. Draai ze om op een bord. Serveer met een bolletje vanille-ijs.