Instructies

4 personen
1

Verwarm de oven voor tot 180 °C. Gebruik de stand boven- en onderwarmte (de twee horizontale streepjes).

8 eieren
2

Klop de eieren los in een grote pot.

240 g kristalsuiker
3

Doe er de suiker bij. Zet de pot op het vuur en blijf kloppen tot het mengsel een klein beetje bindt en schuimig wordt.

4

Haal de pot van het vuur en laat het mengsel koud kloppen in de keukenmachine tot het heel luchtig is.

240 g bloem, 60 g cacaopoeder, 1 tl bakpoeder
5

Zeef de bloem met het cacaopoeder en het bakpoeder. Spatel ze lepel per lepel door het ei-suikermengsel.

46 g boter
6

Smelt de boter. Spatel de gesmolten boter door het beslag maar houd ongeveer 5 g opzij om de springvorm in te vetten.

7

Beboter de springvorm en bestuif met bloem.

8

Giet het beslag in de vorm. Bak 15 minuten op 180 °C. Zet de temperatuur dan op 165 °C en bak nog eens 35 minuten. Controleer met een satéprikker of de taart klaar is.

1.000 g Noordkrieken op sap
9

Giet de noordkrieken door een zeef en vang het sap op.

0,1 l kirsch
10

Verwarm het sap met een klein beetje van de kirsch.

50 g vanillepuddingpoeder, 1 scheutje melk
11

Los het vanillepoeder op in een scheutje melk. Doe het bij het warme kriekensap en laat binden op het vuur.

12

Doe iets meer dan de helft van de uitgelekte noordkrieken bij het ingedikte sap. Duw een vel plasticfolie tot tegen de kriekenpudding. Laat afkoelen.

13

Haal de biscuit uit de vorm en laat ze afkoelen.

1 l slagroom, 50 g bloemsuiker
14

Klop de room op met de bloemsuiker.

15

Snijd de taart overlangs in drie. Snijd eventueel de bovenkant wat bij.

16

Sprenkel wat kirsch over elke laag.

17

Vul een spuitzak met slagroom.

18

Spuit slagroom rond de buitenste rand van de onderste en middelste laag biscuit. Leg in het midden van beide stukken wat kriekenpudding.

19

Leg de drie biscuitlagen op elkaar. Zet de biscuit op een taartschotel. Bestrijk de hele taart (bovenkant en zijkant) met slagroom.

200 g chocoladeschaafsel
20

Bedek de bovenkant en de zijkant helemaal met chocoladeschaafsel.

21

Werk de taart af met toefjes slagroom, de rest van de krieken en – eventueel – een paar kerstversieringen.