Instructies
4 personen
Het krokettenbeslag
120 g boter, 130 g bloem
1
Laat de boter smelten in een pot, voeg er de bloem aan toe en meng ze tot een roux.
300 g geitenkaas (bv. aurlie van karditsel), 0,5 citroenen (de zestes en het sa), 1 snuifje cayennepeper, 0,6 l melk
2
Maal de geitenkaas fijn. Voeg de melk toe aan de roux en breng het aan de kook. Laat de geitenkaas erin oplossen. Breng op smaak met peper, zout, de citroenzeste en het sap, en een snuif cayennepeper.
1 scheutje olie met neutrale smaak
3
Vet een ovenschaal in met neutrale olie. Stort het beslag erin, dek af met vershoudfolie en laat het opstijven in de koelkast.
De witloofsalade en dressing
1 el mosterd, 2 el honing, 1 scheutje dragonazijn, 0,1 l zonnebloemolie, peper, zout
4
Meng de mosterd met de honing, de azijn en de zonnebloemolie en breng de dressing op smaak met peper en zout.
0,25 Roodlof, 1 pijltje witloof, 0,5 appels (jonagold), 1 scheutje olijfolie, 1 takje dragon
5
Snijd de radicchio, de appel en het witloof fijn, doe alles in een kom en breng op smaak met olijfolie, dragonazijn, peper en zout. Voeg de fijngesnipperde dragon toe en meng de salade.
Afwerking
6
Laat de friteuse voorverwarmen tot 180 °C.
2 eieren, 1 scheutje olie met neutrale smaak, 100 g paneermeel, 100 g panko
7
Snijd het opgesteven krokettenbeslag in gelijke stukken en paneer ze: eerst in bloem, daarna door losgeklopt ei met een scheut olie en als laatste een laagje paneermeel gemengd met panko.
8