Instructies

4 personen

Bereiding

2 kippenbillen, 200 g rijstnoedels, 3 eieren, 300 g oesterzwammen, 200 g Parijse paddenstoelen, 100 g Sojascheuten, 2 Sjalotten, 1 teentje Look, 0,5 bosjes lente-uien, 1 chilipeper, 1 stuk gember, 5 el sojasaus, 5 el oestersaus, 2 el sesamolie, 2 rijstazijn, 1 scheutje arachideolie, koriander
1

Bereid een keteltje kippenbouillon. De bouten van de kip die je gebruikt worden een hoofdingrediënt van dit wokgerecht. Het recept om de bouillon te koken, vind je hier. Laat de gare kippenbouten vooraf een beetje afkoelen.

2

Bereid alle ingrediënten voor, zodat ze klaar staan zodra je gaat wokken.

3

Pel de sjalotten en snij ze julienne, in lange fijne reepjes.

4

Schil het stukje gemberknol en snij het in flinterdunne lucifers. Pel de look en snij de teen in piepkleine stukjes.

5

Snij de rode chilipeper overlangs in twee en verwijder de pittige zaadjes. Snij de halve pepertjes ook in ultrafijne reepjes.

6

Zet de wok op een stevig vuur. Laat de pan gerust 10 minuten voorverwarmen, totdat ze bloedheet is.

7

Breng water aan de kook en doe de rijstnoedels in een ruime schaal. Schenk het kokend water erover en laat de noedels even weken. (Kijk op de verpakking om de gaartijd te kennen.) Laat de noedels nadien uitlekken in een ruime zeef.

8

Scheur de grootste oesterzwammen in hapklare stukken. Snij eventueel het taaiste stukje onderaan de steel weg.

9

De Parijse champignons snij je in kwartjes. (Kleintjes kunnen best in twee gesneden worden.)

10

Snij het groene loof van de lente-uitjes. Zet het mes haaks op de pijpjes en snipper ze in fijne ringen.

11

Hou de sojascheuten bij de hand.

12

Pluk het vlees van de kippenbouten. Verzamel de pluksels kippenvlees in een schaaltje.

13

Breek de eieren in een schaaltje en kluts ze met een vork.

14

Neem een mengschaal en schenk er de sojasaus, de lobbige oestersaus en een scheutje sesamolie in. Voeg ook wat rijstazijn toe en roer. Proef of de smaken in balans zijn, en voeg indien nodig wat extra toe. (Zout en peper heb je niet nodig: de sojasaus en de oestersaus zorgen voor het zoute in de bereiding. De chilipeper voor de pit.)

15

Nu kan je wokken. Wok geen overdreven grote porties in één bakbeurt.

16

Doe een portie oesterzwammen in de hete wok en laat ze een minuut krachtig bakken. (Roer niet meteen in de wok.)

17

Voeg dan de Parijse champignons toe. Laat de paddenstoelen een minuut meebakken. Voeg indien nodig een beetje extra olie toe, want de paddenstoelen werken als een spons.

18

Voeg een portie van de stukjes gepocheerde kip toe.

19

Voeg een deel van de reepjes sjalot en chilipeper toe. Doe er ook een beetje lookstukjes en gember in. Roer pas na een halve minuut.  Voeg ook de sojascheuten toe.

20

Laat de wok op een heet vuur staan en maak met een spatel een kuiltje in de gewokte ingrediënten. Schenk daarin wat geklutst ei, en roer nadien voorzichtig. Zo verspreiden gestolde stukjes ei zich in de wok.

21

Roer enkele lepeltjes van de woksaus doorheen de bereiding (overdrijf niet) en doe er tenslotte een portie van de noedels bij. Roer opnieuw en serveer meteen.

22

Strooi wat fijne ringen lente-ui en korianderblaadjes over ieders bord.